EDPB: platforms mogen gebruikers niet dwingen zich te laten volgen
Grote online platforms, zoals sociale media, mogen hun gebruikers niet dwingen zich te laten volgen op internet om gebruik te maken van het platform. Er moet een optie zijn waarbij gebruikers niet gevolgd worden en een optie waarvoor gebruikers niet hoeven te betalen en waarbij zij slechts beperkt gevolgd worden. Dat stellen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en de andere privacytoezichthouders in Europa, verenigd in de European Data Protection Board (EDPB).
De AP had samen met de Noorse en Duitse privacytoezichthouders de EDPB gevraagd een standpunt over deze kwestie in te nemen. Dit omdat sommige online platforms stellen dat mensen het platform alleen nog zonder betaling kunnen blijven gebruiken als zij ermee instemmen dat hun persoonsgegevens worden gebruikt voor gerichte advertenties.
Geen eerlijke keuze
De EDPB stelt dat het geen eerlijke keus is wanneer gebruikers moeten kiezen tussen een betaald abonnement zónder gevolgd te worden en een lidmaatschap waarvoor ze niet hoeven te betalen, maar waarbij dit wel gebeurt: het 'consent or pay'-model. Gebruikers worden dan eigenlijk gedwongen te kiezen voor 'betalen' met hun persoonsgegevens. Zeker als de prijs voor een betaald abonnement hoog is.
Derde optie
De techbedrijven achter de online platforms moeten daarom een derde optie bieden. Deze vorm van lidmaatschap moet gratis zijn. En de gebruiker moet daarbij slechts beperkt gevolgd kunnen worden. De advertenties die gebruikers dan te zien krijgen, zijn dan niet gebaseerd op hun gedrag op het hele internet maar zijn bijvoorbeeld contextueel. Dat houdt in dat de advertenties passen bij de inhoud die iemand op het platform bekijkt. Bijvoorbeeld een advertentie voor een auto bij een post over auto’s.
Dit zal de standaard zijn voor techbedrijven. Doen bedrijven dit niet, dan moeten ze bewijzen dat hun werkwijze toch aan de wet voldoet.
Vrije, eerlijke keuze
AP-voorzitter Aleid Wolfsen: 'Privacy is niet alleen voor rijke mensen. Je moet een vrije, eerlijke keuze krijgen. Als een platform dreigt je online account op zwart te zetten zodra je niet akkoord gaat je online te laten volgen, is dat geen vrije keuze. Techbedrijven mogen je niet dwingen akkoord te gaan met het volgen van jouw gedrag op internet. Om jouw data bijvoorbeeld te verkopen aan advertentiebedrijven.'
Wolfsen vervolgt: 'Wanneer techbedrijven een onredelijk hoge prijs vragen voor een privacyvriendelijke optie, dan laten zij mensen met een kleine portemonnee geen keus. Vaak hebben zij zo’n platform nodig. Bijvoorbeeld voor hun werk of om in contact te blijven met familie. Het platform vaarwel zeggen is dan geen optie, maar de abonnementskosten ophoesten ook niet. Dat is geen keuze, dat is dwang.'
Eisen aan toestemming
De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) schrijft voor dat bedrijven die persoonsgegevens verzamelen en gebruiken, daarvoor een wettelijke grondslag moeten hebben. Zoals toestemming. Toestemming moet je vrijelijk kunnen geven, zonder dat je onder druk wordt gezet. Ook moet je de keuze hebben om te weigeren dat een bedrijf jouw persoonsgegevens verwerkt. En dat mag dan geen grote nadelige gevolgen hebben.
Keihard ingrijpen
Wolfsen is tevreden met het standpunt dat de toezichthouders nu innemen. 'Grote techbedrijven moeten zich aan de wet houden. Dit standpunt is kraakhelder en helpt verantwoordelijke toezichthouders om keihard in te grijpen als zij een overtreding zien.'